De Belgische regering bereikt een akkoord over de grootste fiscale hervorming sinds 1963!!!
De regering heeft deze nacht een akkoord bereikt over de – naar eigen zeggen – grootste fiscale hervorming sinds 1963. Wij lijsten voor U graag de belangrijkste punten op, LET WEL : dit overzicht is gebaseerd op informatie van voorlopige teksten, de definitieve teksten zullen wel in de media grondig worden besproken …
Vooreerst werd er ingestemd met volgende maatregelen om enerzijds de koopkracht en anderzijds de competitiviteit te verhogen :
- Het percentage van de forfaitaire beroepskosten in de Personenbelasting zal stijgen.
- Ook de belastingvrije som in de Personenbelasting zal de komende jaren stijgen. De belastingschijf van 30% wordt geschrapt en de ondergrens van de belastingschijf van 45% wordt opgetrokken met 800 à 900 euro.
- De RSZ -bijdragen (werkgever) zullen dalen. Tegen 2018 wordt voor geen enkel loon meer dan 25 procent bijdrage betaald. Voor de lonen die al onder de 25 procent zaten daalt de bijdrage met 4 à 5 procent.
- Er komen specifieke maatregelen voor de bouwsector
- De regering maakt werk van een lastenverlagingen in de non-profitsector
- Er komt geen tweede indexsprong omwille van de afschaffing van het verlaagd btw-tarief van 6% op huishoudelijke elektriciteit
- Er wordt 50 miljoen euro vrijgemaakt voor sociale correcties: het leefloon stijgt met 2 procent en de minimumpensioenen worden verhoogd.
- Er is beslist om de sociale bijdragen te verlagen : een KMO met maximaal 6 werknemers moeten geen sociale bijdragen meer betalen op de eerste werknemer. Zelfstandigen met een eenmanszaak betalen op hun eerste schijf van beroepsinkomsten 20,5 procent sociale bijdragen in plaats van 22 procent.
- Er komt een verdubbeling van de investeringsaftrek (van 4% naar 8%).
De taxshift bestaat erin om voormelde gunstmaatregelen te compenseren door de volgende extra inkomsten :
- De kaaimantax wordt versneld ingevoerd.
- De verhoogde accijnzen op tabak, diesel en alcohol wordt eveneens vervroegd ingevoerd (vanaf 1 januari 2016). Daarbij gaat de prijs van een pakje van 19 sigaretten van 5,8 naar 5,93 euro. Een pak roltabak van 50 gram stijgt van 6,7 naar 7,4 euro. Een fles wijn van 0,7 liter wordt 17 cent duurder, de prijs van een even grote fles sterke drank stijgt met 2,52 euro. De diesel stijgt voor 50 liter met 2 euro (4 eurocent per liter) in 2016 en 2017 en nog eens met 3 euro (6 eurocent per liter) het jaar erop. Benzine wordt dan weer 4 euro per 50 liter (8 eurocent per liter) goedkoper tegen 2018.
- Er komt een nieuwe gezondheidstax. Voorlopig geldt die alleen voor frisdranken. In 2016 moet deze taks 50 miljoen euro opleveren.
- De geplande verhoging van de roerende voorheffing (van 25% naar 27%) wordt onmiddellijk ingevoerd.
- Er komt een speculatietax op de verkoop van beursgenoteerde aandelen binnen de 6 maanden na de aankoop. Het tarief wordt 33% en minderwaarden zouden niet aftrekbaar zijn.
- De beurstax wordt verhoogd.
- Er komt reeds vanaf 1 januari 2016 een nieuwe regularisatieronde. Zoals in het verleden dient de regularisatie spontaan te gebeuren (dus niet lopende een onderzoek) en heeft men hiertoe maar één keer de kans. Het tarief zou 36% bedragen voor fiscaal verjaard kapitaal en dat boetetarief loopt gradueel op tot 40% in 2020 zodat de belastingzondaars gedwongen worden snel te regulariseren. De boete zou 20%-punten bedragen voor niet aangegeven niet verjaarde inkomsten. Dit laatste tarief loopt op tot 25 procent in 2020. Er zou ook geen onderscheid meer gemaakt worden tussen gewone fraude en ernstige fiscale fraude. De nieuwe regularisatieronde moet 250 miljoen opbrengen.
‘Door de taxshift zullen alle lonen stijgen, vooral de lage en middensalarissen’, klinkt het bij de regering. Volgens de gegeven cijfers zou dat tegen 2019 concreet betekenen dat:
- Iemand met een inkomen van 1.500 euro bruto minimum 140 euro per maand extra krijgt.
- 2.100 euro bruto = minimum 121 euro per maand
- 2.800 euro bruto = minimum 102 euro per maand
- 3.300 euro bruto = minimum 91 euro per maand
En, misschien vallen we in herhaling, maar toch nog eens voor de zelfstandige of KMO specifiek :
Dit weekend sloot de regering een akkoord over de zogenaamde taxshift. Wat heeft die voor u als zelfstandige of KMO allemaal in petto en wat betekent dat concreet voor u? Hier vindt u een overzicht van de belangrijkste fiscale en sociale maatregelen.
De Taxshift samengevat in 10 maatregelen
- Sociale bijdragen die u als zelfstandige moet betalen, dalen geleidelijk van 22 tot 20,5%
- Werkgeversbijdrage die u betaalt op personeel, daalt geleidelijk van 32,4 naar 25%
- Als u voor het eerst iemand aanwerft komende 5 jaar, betaalt u 0 € werkgeversbijdrage
- Voor een 2de tot 6de aanwerving betaalt u minder sociale lasten
- Roerende voorheffing stijgt van 25 naar 27% uitgezonderd voor de liquidatiereserve, uw pensioenspaarpotje als zelfstandige
- U zal meer betalen voor diesel, maar minder voor benzine komende 3 jaar
- Btw elektriciteit is gestegen, maar als btw-plichtige zelfstandige kan u die recupereren
- Investeringsaftrek verhoogt van 4 naar 8%
- Nieuw: speculatietaks, kaaimantaks en gezondheidstaks
- Verhoging accijnzen alcohol en tabak
|
Daling loonkost
Werkgeversbijdrage daalt
Het tarief van de werkgeversbijdrage daalt van 32,4% naar 25%. Het tarief voor de lage lonen zal daar nog onder liggen. De werkgeversbijdrage zal als volgt geleidelijk verminderen vanaf het tweede kwartaal van 2016:
Bruto maandloon |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
1.500 EUR |
17,3% |
13% |
13% |
12,6% |
10,9% |
2.800 EUR |
25,9% |
24,8% |
24,8% |
24,3% |
23,9% |
3.300 EUR |
26,7% |
25,6% |
25,6% |
25% |
25% |
Vermindering sociale bijdragen voor de eerste aanwerving(en)
Volledige vrijstelling van werkgeversbijdrage voor de eerste aanwerving tussen 01/01/2016 en 31/12/2020
Er zullen geen werkgeversbijdragen voor de sociale zekerheid verschuldigd zijn voor een eerste werknemer die tussen 1 januari 2016 en 31 december 2020 wordt aangeworven. De vrijstelling geldt in principe voor onbepaalde duur. Het is echter nog niet duidelijk of de vrijstelling zal stoppen wanneer de onderneming groter wordt (vb. wanneer een zevende werknemer wordt aangeworven).
Extra verlaging voor de tweede en vijfde aanwerving en uitbreiding bij de zesde aanwerving
De huidige vermindering van werkgeversbijdragen voor de eerste tot de vijfde werknemer zullen als volgt van toepassing worden op de toekomstige tweede tot zesde werknemer, aangeworven vanaf 2016 (vermindering per kwartaal):
|
Kwartaal 1 t.e.m. 5 |
Kwartaal 6 t.e.m. 9 |
Kwartaal 10 t.e.m. 13 |
Tweede werknemer |
1.550 EUR |
1.050 EUR |
450 EUR |
Derde werknemer |
1.050 EUR |
450 EUR |
450 EUR |
Vierde werknemer |
1.050 EUR |
450 EUR |
0 EUR |
Vijfde werknemer |
1.000 EUR |
400 EUR |
0 EUR |
Zesde werknemer |
1.000 EUR |
400 EUR |
0 EUR |
Deze verminderingen zullen later nog bijkomend versterkt worden. Deze nieuwe verminderingen zullen eveneens toegepast worden op de eerste tot vijfde werknemer die in 2015 is aangeworven.
De reeds bestaande voorwaarden voor de bijdragevermindering voor eerste aanwervingen blijven naar alle waarschijnlijkheid bestaan. Lees hier voor de huidige voorwaarden.
Minder sociale bijdragen
De sociale bijdragen zullen geleidelijk dalen van 22 naar 20,5%. Het tarief van de sociale bijdragen op de eerste schijf van het inkomen (tot 55.576,94 EUR) wordt voor gevestigde zelfstandigen (in hoofdberoep en in bijberoep) verlaagd als volgt:
2016 |
2016 |
2017 |
2018 |
22% |
21,5% |
21% |
20,5% |
Deze percentages gelden ook voor de zelfstandigen die de wettelijke pensioenleeftijd hebben bereikt of die een vervroegd pensioen als zelfstandige of als werknemer verkrijgen.
Het tarief van de sociale bijdragen op de eerste schijf van het inkomen voor starters wordt verlaagd als volgt:
|
2015 |
2017 |
2018 |
Eerste jaar |
20,5% |
20,5% |
20,5% |
Tweede jaar |
21% |
21% |
20,5% |
Derde jaar |
21,5% |
21% |
20,5% |
Sociale bijdragen zijn aftrekbaar, dus minder aftrekbare sociale bijdragen betekent ook meer belastingen (voor wat de personenbelasting betreft). U zal een deel van de vermindering van de sociale bijdragen dus teruggeven in de vorm van belastingen. Maar, dankzij de schrapping van de tariefschijf van 30% wint elke belastingplichtige in de personenbelasting sowieso 184,50 € per jaar
Concreet betekent dat:
- Voor iemand die 10.000 euro belastbaar inkomen (voor berekening en aftrek van sociale bijdragen) heeft: 193 € minder (aftrekbare) sociale bijdragen, maar deze persoon betaalt door zijn lage inkomen geen personenbelasting => dus 193 € lagere sociale bijdragen is dus een netto voordeel van 193 € extra koopkracht voor deze zelfstandigen
- Voor iemand die 25.000 euro belastbaar inkomen (voor berekening en aftrek van sociale bijdragen) heeft: 375 € minder (aftrekbare) sociale bijdragen, belast aan 40% betekent dat 150 € meer personenbelasting. Maar die 150 € moet verminderd worden met de 184,50 € als gevolg van de schrapping van de schijf van 30% (zie hoger). => dus dat geeft dan 150 – 184,50= 34,50 euro netto voordeel of extra koopkracht voor deze zelfstandigen
- Voor iemand die 40.000 euro belastbaar inkomen (voor berekening en aftrek van sociale bijdragen) heeft: 600 € minder (aftrekbare) sociale bijdragen, belast aan 45%= 270 € meer personenbelasting. Maar die 270 euro moet verminderd worden met de 184,50 als gevolg van de schrapping van de schijf van 30% en dat geeft dan 270 – 184,50= 85,5 € extra belastingen. Van de 600 € minder sociale bijdragen die u moet betalen houdt u in dat geval uiteindelijk 330 + 184,50 = 514,50 € netto over.
|
Stijging roerende voorheffing
De roerende voorheffing gaat omhoog van 25% naar 27%. Deze stijging geldt ook voor de gewone liquidatiebonus, maar niet voor de liquidatiereserve, die blijft op 10% roerende voorheffing. De roerende voorheffing op de dividenden uitgekeerd binnen de 5 jaar uit de liquidatiereserve, stijgt van 15% naar 17%.
Hogere brandstofprijzen
De prijs van een tank van 50 liter diesel zal in 3 stappen stijgen:
- + 2 euro in 2016
- + 2 euro in 2017
- + 3 euro in 2018
Samen betekent dat dus 7 euro extra voor een tank van 50 liter diesel in 2018. Brandstofkosten zijn wel aftrekbaar aan 75%, dus netto moet die maar aan 25 % mee gerekend worden:
- voor een zelfstandige natuurlijke persoon is de netto-kost:
- 7 x 25%= 1,75 €
- Te verrekenen aan 25% tot 50% (afhankelijk van belastbaar inkomen) = 1,75 € x 25 à 50 % = 1,31 tot 0,875 €.
- Aan pakweg 50 tankbeurten per jaar is dat dan 43,75 tot 65,5 euro extra aan brandstofkosten per jaar (netto).
- voor een vennootschap is de netto-kost
- 7 x 25% = 1,75 €
- te verrekenen aan vennootschapsbelasting 33,99%= 1,75 x 33,99% = 0,595 €
- Aan pakweg 50 tankbeurten per jaar is dat dan 29,75 € extra aan brandstofkosten per jaar
De benzineprijzen zullen in dezelfde tijdspanne geleidelijk dalen met in totaal 3,9 euro per tank van 50 liter, zodat ze zakken tot het niveau van de prijs van diesel
Duurdere elektriciteit
Op 1 september 2015 ging de BTW op elektriciteit al omhoog van 6% naar 21%. De meeste zelfstandigen en KMO’s kunnen genieten van een recht op aftrek van de BTW en voelen deze stijging dus niet. Beroepen die vrijgesteld zijn van BTW voelen die stijging wel rechtstreeks in hun portemonnee (o.a. vrije beroepen).
Investeringsaftrek
De investeringsaftrek voor productieve investeringen bedraagt momenteel 3,5% voor zelfstandigen natuurlijke persoon en 4% voor KMO-vennootschappen. Dat wordt nu opgetrokken naar 8%. Deze maatregel wordt daardoor voor KMO’s ook verlengd.
En verder
- Speculatietaks voor beleggers die aangeschafte beursgenoteerde aandelen binnen de zes maanden terug doorverkopen
- Kaaimantaks of doorkijkbelasting voor belastingplichtigen die zijn vermogen in het buitenland parkeert om minder of geen belastingen te betalen
- Stijging van accijnzen op tabak en alcohol
- Gezondheidstaks of suikertaks op (suikerhoudende)frisdranken
|
|