Met grote trom kondigde de regering de tax shift aan. Volgens hen gaat het om een ongeziene verschuiving van lasten, wat ons straks een tsunami aan nieuwe jobs zal opleveren. Tegenstanders schipperen tussen ‘contraproductief’ en ‘too little, too late’. Maar hoe zit de vork precies in de steel voor zelfstandigen en ondernemers? Deze cijfers bieden opheldering.
Minder sociale bijdragen
Vandaag betalen zelfstandigen 22% van hun netto belastbaar jaarinkomen aan sociale bijdragen. Startende ondernemers krijgen nu al een cadeautje: je begint aan 20,5%, en elk jaar komt daar een halve procent bij tot je aan die 22% zit.
Dankzij de tax shift betaalt iedereen in 2018 nog 20,5%. Die daling gaat geleidelijk: vanaf 2016 dragen ondernemers nog 21,5% bij, in 2017 nog 21%.
De verlaging zal er als volgt uitzien:
Inkomen tot 55.576,94 euro:
| Gevestigde |
2016 |
2017 |
2018 |
| Vanaf vierde jaar |
21,5% |
21% |
20,5% |
| Starter |
2016 |
2017 |
2018 |
| Eerste jaar |
20,5% |
20,5% |
20,5% |
| Tweede jaar |
21% |
21% |
20,5% |
| Derde jaar |
21,5% |
21% |
20,5% |
Op je inkomen boven de 55.576,94 euro betaal je 14.16%, boven de 81.902,81 euro niets meer.
Aan het percentage van 14,7% voor gepensioneerden zou ook niet worden geraakt. De regering belooft ook niet te raken aan het percentage van 14,7% voor gepensioneerden die werken als zelfstandige. Al blijft het opletten met beloftes: zolang deze aangekondigde maatregelen nog niet in wetteksten gegoten zijn, kunnen ze nog veranderen.
Loonkosten dalen
Op het brutoloon van je personeel betaal je vandaag een kloeke RSZ-bijdrage van 32,4%. Die zal geleidelijk dalen tot 25% in 2018. Voor lage lonen (onder de 1.850 euro bruto) ligt de bijdrage op 17%. Ook die gaan verder omlaag, naar 13% in 2018.
De korting op sociale lasten die je vandaag al krijgt voor je eerste werknemers, wordt nog uitgebreid: ze wordt groter én zal gelden tot en met je zesde werknemer.
Maar de grootste klapper: op je eerste personeelslid betaal je geen sociale bijdrage meer (levenslang!), op voorwaarde dat je die aanwerft vóór 2020. Maar let op: deze regel gaat wellicht pas midden 2016 in werking. Overweeg je om een extra kracht aan te werven, dan kan je dus beter nog even de kat uit de boom kijken. Misschien biedt een freelancer of assistent vanop afstand raad?
Meer weten over de tax shift voor werkgevers?
Roerende voorheffing stijgt
De tax shift heeft ook keerzijdes. Zo gaat de roerende voorheffing omhoog van 25% naar 27%. Dat is minder goed voor ondernemers met een vennootschap. Niet alleen dien je die voorheffing te betalen op bepaalde inkomstenbronnen (zoals dividenden), maar ook op de liquidatiebonus. En die had de vorige regering al opgetrokken van 10% naar 25%.
Gelukkig blijft de omweg via de liquidatiereserve wel behouden. Hier blijft de heffing op 10% behouden.
Meer kosten?
Al zijn de meeste ondernemers positief over de tax shift, iemand moet het gelag betalen. Ook zelfstandigen zullen dit in hun portemonnee voelen:
- De btw op elektriciteit stijgt opnieuw: van 6% naar 21%.
- Diesel wordt duurder. Voor een tank van 50 liter betaal je in 2018 al 3 euro meer.
De belangrijkste piste om die kosten onder controle te houden, blijft natuurlijk een goede boekhouder. Daarnaast heb je ook best een helder beeld van je aftrekbare kosten, zodat je kan anticiperen op stijgingen. En tot slot is het, zeker als startende ondernemer, een goed idee om zoveel mogelijk kosten te besparen door te bootstrappen.
Beter ondernemen, goed voor iedereen
Andere manieren om de tax shift betaalbaar te houden? Met z’n allen meer frisdrank en alcohol drinken en lustig beginnen te roken? Nee, als het van ons afhangt, kan iedereen meer en beter ondernemen. Hier zijn alvast enkele opties: